Externe Competitie

Rhenen 2 bestormt en overloopt Kasteel 3

Op maandag 8 november 2021 ontving Rhenen 2 in het Dorpshuis de koene ridders van het Kasteel 3
uit Wijchen. De muren van Kasteel 3 bleken al snel niet bestand tegen de stormloop aan de drie
onderste borden. Hoewel de strijd in de resterende partijen per saldo in evenwicht bleef, kwam de
overwinning van Rhenen 2 nooit in gevaar. Toen de kruitdampen tegen middernacht uiteindelijk
waren opgetrokken kon een 4,5 – 1,5 eindstand in Rhenens voordeel worden genoteerd.

Het eerste punt werd door Paul Akkermans (bord 6) genoteerd. In een rustig Spaans vierpaardenspel
gaf tegenstander Henk Peters pardoes een pion weg. Door de druk geleidelijk op te voeren werden
nog eens twee pionnen buitgemaakt. Na een afruil van zoveel mogelijk stukken marcheerde de witte
koning naar het centrum. Daar aangekomen viel hij tegelijk een toren en paard aan en verdedigde
ook nog eens belangrijke pion. Hierop werd de strijd gestaakt. Een achterstand van minimaal een
paard en 3 pionnen werd Henk te veel van het goede (1–0).


Vervolgens was het de beurt aan Karel Troostheide (bord 5) met zwart tegen Leon Schrijvers. Na
zestien zetten stonden de pionnenlegers op de damevleugel in stelling. Klaar voor de strijd. Wit
bezette de posten a3, b4, c4, d3 en e4. Het zwarte Rhenense leger had de velden b7, b6, c6, d6 en e5
in bezit. Na 17. d4, Led7 leek de strijd om veld e5 te ontbranden. Slechts drie zetten later had zwart
echter al twee pionnen veroverd. Even later werd ook nog een loper gevangen. Ten teken van
overgave werd veertien zetten later de witte vlag gehesen door Leon (2–0).


De partij van Geurt van Veenendaal (bord 4) tegen Henk Jan Zwikker gaf weinig spectaculairs te zien.
Zwart had erg veel tijd nodig om in de opening van het Driepaardenspel de juiste zetten te vinden.
Het doorschuiven van de centrumpion naar e4 was niet goed. Het leverde wit uiteindelijk twee
pionnen winst op en ook nog eens een sterk centrum. De zwarte stukken moesten steeds verder
terug. Enige kans op het plaatsen van een tegenaanval was uitgesloten. Het einde werd ingeluid toen
het witte centrumpaard van Geurt veld c5 wist te bereiken. Na een aftrekschaak met dameverlies
voor zwart op zet 27 was het pleit wel beslist. Henk Jan speelde echter nog zo’n twintig zetten door.
Dat leverde echter niets op. De gehoopte patstelling zat er echt niet in. Wel mat, maar dan voor
Rhenen! (3–0).


Vanuit een Scandinavische opening had René Hovestad (bord 2) na tien zetten een duidelijk betere
stelling opgebouwd. Door te passief spel in de daaropvolgende tien zetten werd het stellingsvoordeel
echter weer ingeleverd. Tegenstander Raph Eijkenboom had toen erg veel dreigingen maar
overspeelde zijn hand door een paard en een pion weg te geven. Een paardvork op de twee torens
en de dame van René resulteerde per saldo in een voordelige ruil van een toren voor twee paarden
en een pion. Een overwicht op het bord gecombineerd met voorzichtig manoeuvreren resulteerde in
een relatief eenvoudig uit te spelen partij met mat als sluitstuk (4–0).


Tegenstander Robin Visser trakteerde teamleider Wim Schreurs (bord 3) op het Morra-gambiet.
Bedoeling van dit gambiet is om in ruil van de opgegeven pion op c3 een voorsprong in ontwikkeling
te krijgen. Aanvankelijk leek het er op, dat het zwarte leger van Wim overlopen zou worden. De korte
rokade werd verspeeld waardoor de toren op h8 zich gedurende lange tijd niet in het strijdgewoel
kon mengen. Toen deze problemen waren opgelost kantelde de stelling. Met inmiddels twee
pionnen meer waren er opeens winstkansen voor zwart. Door meerdere onnauwkeurige zetten in
opkomende tijdnood werden deze kansen echter niet benut. Uiteindelijk moest toch in remise
worden berust (4,5 – 0,5).

Gerard de Visser (bord 1) leverde met de witte stukken een strijd op leven en dood. Een strijd die pas
om 23.45 uur werd beslist. Gerard kwam uit de opening met een pion meer, maar tegenstander Theo
Willems stond positioneel wat beter. Het middenspel was zeer complex waardoor beide spelers veel
bedenktijd nodig hadden. Na afruil van de meeste stukken kwam de stelling in evenwicht. Echter
kwamen beide spelers in tijdnood waardoor er slordigheden ontstonden. Toen wit verzuimde zijn
toren terug te trekken naar de onderste rij was het pleit beslecht. Een aanval met loper en toren was
niet meer te stuiten. Met een mat op de onderste rij ging zwart er met het punt vandoor (4,5 – 1,5).